Nieuwe termijn voor Msnp en Wsnp-trajecten

Per 1 juli 2023 zullen zowel de Msnp-termijn als de Wsnp-termijn gehalveerd worden: de aflosperiode wordt verkort tot anderhalf jaar. De duur van de Wsnp wordt daarnaast verminderd met de periode die al is doorgebracht in een minnelijke regeling. Rechters kunnen nog wel anders besluiten, maar het nieuwe uitgangspunt wordt een termijn van anderhalf jaar.

Msnp & Wsnp: schuldsanering in twee vormen

Wanneer en natuurlijk persoon veel schulden heeft kunnen zij in aanmerking komen voor een Msnp of Wsnp-traject. Het doel van beide trajecten is om te voorkomen dat men jarenlang door schulden wordt achtervolgt. Maar wat zijn de verschillen tussen deze trajecten?

De minnelijke schuldsanering natuurlijke personen (Msnp) wordt begeleid door een schuldhulpverlener, bijvoorbeeld van de gemeente. Zij brengen alle schulden in kaart en doen een voorstel aan de schuldeisers.

Dit voorstel bevat een voorstel tegen finale kwijting: de schuldeiser ontvangt een deel van de vordering (bedrag of percentage) en de rest van de schuld wordt kwijtgescholden. Echter is een schuldeiser niet verplicht om akkoord te gaan met dit voorstel.

In het geval dat één of meerdere schuldeisers niet akkoord gaan kan de schuldenaar worden toegelaten tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp). De rechter spreekt dan uit dat de schuldenaar mag toetreden tot de Wsnp en er wordt een Wsnp bewindvoerder aangesteld.

Schulden niet altijd eigen schuld

Op 4 november jl. is het wetsvoorstel ingediend. De indieners zijn van mening dat het vaak té lang duurt voordat mensen schuldenvrij zijn. Volgens hen heeft dit grote gevolgen voor deze mensen en brengt het hoge maatschappelijke kosten met zich mee. Op 24 januari jl. is het wetsvoorstel met een ruime meerderheid aangenomen in de Tweede Kamer.

Ook is door de Tweede Kamer besloten dat de termijn voor de Wsnp moet beginnen op het moment dat de gemeente begint met schuldhulpverlening – niet pas wanneer de rechter de wettelijke schuldsanering uitspreekt. Dit kan het hele proces flink verkorten. Op 7 februari jl. heeft de Eerste Kamer het voorstel zonder discussie aangenomen.

Schuldhulpverleners steunen de wetswijziging: ook zij vinden een aflosperiode van drie jaar te lang. In een open brief aan de tweede kamer liet Marco Florijn, de voorzitter van de NVVK (vereniging van financiële hulpverleners), dit weten. Hij schreef onder andere het volgende:

Schulden zijn lang niet altijd ‘eigen schuld’. Zeker na de toeslagenaffaire, corona en de energiecrisis begrijpen we dat als samenleving steeds beter. Maar in de schuldregelingen die ons land kent, neemt ‘afstraffen’ nog een grote plaats in.

In de brief geeft Florijn aan dat er moet worden ingezet op “intensievere begeleiding op weg naar duurzame financiële gezondheid.” Daarnaast hoopt de NVVK dat een verkort Wsnp-traject de drempel om hulp te zoeken zal verlagen.

Belang van begeleiding

Joeri Eijzenbach, senior beleidsadviseur van de NVVK, zegt dat begeleiding van belang is, ook wanneer een schuldenaar is toegelaten tot de Wsnp. “De taken van de Wsnp-bewindvoerder zijn gericht op de sanering, niet op de begeleiding. Daar moeten onze leden (financiële hulpverleners) een rol pakken.”

Minister Schouten voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, geeft aan dat er stevig moet worden ingezet op begeleiding en nazorg. Met als uitgangspunt: “begeleiding zo kort als kan en zo lang als nodig.” Een verkorting van de aflosperiode betekent dus niet dat de begeleiding van mensen in een schuldregeling of na afloop van de schuldregeling ook korter wordt.

Overgangsregeling

De mensen die vóór 1 juli in een schuldentraject zitten, blijven drie jaar in deze regeling. Er komt géén overgangsregeling: lopende regelingen blijven dus hetzelfde.

Back To Top
Zoeken